Lunch

‘Schat, je moet nu echt gaan liggen. Je moet het rustig aan doen van de specialist en ik voel me verantwoordelijk. Dat snap je toch wel?’
In haar ogen bespeur ik geen greintje van die verantwoordelijkheid. Ze doen evenmin aan hartelijkheid en liefde, al lang niet meer. Ze duwt me achterover in de kussens van de design-bank, mijn hoofd knalt tegen het verchroomde frame.
‘O, sorry.’ Haar handen grijpen mijn oren en tillen mijn hoofd omhoog, het wordt een kwartslag gedraaid. Getuite lippen smakken een klinkende kus op gepaste afstand van mijn kruin. Ze laat mijn oren los en ik plof terug in de bank.
Gekletter van servies en bestek, de deur van de koelkast gaat open en dicht, water stroomt in de spoelbak en een mes hakt ritmisch op de snijplank. Door de open keukendeur zie ik hoe ze tevreden het resultaat van haar culinaire activiteiten aanschouwt.
Ze komt met een bordje naar me toe en zet het naast me op het bijzettafeltje. Een slablaadje dat eraf glijdt, duwt ze terug. Haar vinger likt ze af.
Weer dat gemaakt lieve stemmetje: ‘Hier is je lunch. Precies zoals de diëtiste voorschreef: verschillende groenten met vis voor de Omega 3-vetzuren. Niet te veel en geen grammetje ongezond. Wel opeten, want je weet het: alles voor je gezondheid.’
Ik ga rechtop zitten en bestudeer wat zij mijn lunch durft te noemen. Een paar blaadjes sla, rood en groen, een worteltje en drie plakjes radijs, flinterdun gesneden. Bovenop een takje munt. Half verstopt onder het groenvoer ontdek ik twee stukjes haring.
‘Gatverdamme, zure haring! Je weet toch dat ik dat niet door mijn keel kan krijgen. Wil je me dood hebben?’
Haar ogen lichten kort op, gaan meteen weer op standje vrieskou.
‘Het is voor je eigen bestwil, hoor. Ik heb precies gedaan wat er staat. Veel beter dan die vette frituurzooi die jij altijd at.’
Ze beent naar de hal, pakt haar tas en haar jas. Haar hoofd steekt ze nog de kamer in: ‘Doei, ik ga. Love you.’ Het klinkt net iets te gemaakt. De voordeur slaat ze achter zich dicht.
Gelukkig, even geen gezeur meer aan mijn hoofd. Ze gaat een vorkje prikken met een vriendin en daarna winkelen. Mijn creditkaart is geduldig. Denkt zij.
Mijn onaangeroerde lunch bedek ik met een servetje en ik bel het notariskantoor.
‘Dag mevrouw, over een uurtje heb ik een afspraak met de notaris bij mij thuis. Hij komt samen met een medewerker voor de ondertekening van mijn gewijzigde testament. Nu heb ik een speciaal verzoek, wat hem niet al te veel tijd zal kosten. Ik zou namelijk zo graag nog één keer mijn lievelingskostje eten. Wilt u de notaris vragen of hij onderweg bij de snackbar een frikadel speciaal en een patatje oorlog voor mij wil meenemen? Natuurlijk mogen zij ook iets lekkers voor zichzelf uitkiezen, op mijn kosten.’

Recente Artikelen

Archief