Ik app Julia dat ik onderweg ben en start de auto.
Julia en Jaap waren onze overburen, met wie we veel optrokken. We gingen zelfs een paar keer samen op vakantie. Toen Hennie en ik verhuisden naar de nieuwe buitenwijk, bleven we bij elkaar over de vloer komen.
Nadat Jaap bij een bedrijfsongeval om het leven kwam hebben we Julia bijgestaan. Hennie gaat nog vaak met Julia de stad in of naar de film.
Dit voorjaar hielp ik haar met de belastingaangifte toen opeens de vonk oversloeg. Midden in mijn betoog hoe haar belastingteruggave zo hoog mogelijk zou uitpakken, legde Julia haar wijsvinger op mijn lippen. Ze keek me aan, we kusten elkaar hartstochtelijk.
Sindsdien zien wij elkaar regelmatig. Het is ons geheimpje.
Julia staat mij bij haar voordeur op te wachten.
Haar haren los, een overhemd onder haar borsten dichtgeknoopt, haar navel ondeugend knipogend boven haar spijkerrokje. Zij spreidt haar armen en zegt:
‘Ha liefste, daar ben je weer. Kom eens gauw hier, dat ik je in mijn armen …‘
Ik omhels haar, onze lippen vinden hun weg.
‘Oh Juultje, meissie, wat heb ik je gemist.’
‘Ik jou ook, liefste.’
Julia sleurt me mee naar haar slaapkamer.
Als we later voldaan in elkaars armen liggen, krijg ik een appje.
Ik lees het en Julia merkt dat ik mijn adem in houd.
‘Belangrijk?’
‘Is van Hennie. Ik moet vandaag maar zelf eten maken: ze is nu bij jou, jullie gaan uit eten en dan naar de bios.’